Oorzaken fantoompijn

UITLEG OORZAKEN FANTOOMPIJN

Het wordt vaak vreemd gevonden dat iemand pijn kan hebben aan een lichaamsdeel dat er niet meer is. Er is ook heel lang een taboe geweest op dit onderwerp. Patiënten die last hebben van fantoompijn durven er soms niet over te spreken omdat ze bang zijn ‘gek’ gevonden te worden. Maar met ‘gek’ heeft fantoompijn niets te maken.
Fantoompijn is een complex en “multicausaal” pijnsyndroom. Dat betekent dat er meerdere mogelijke oorzaken zijn en deze kunnen ook nog eens in diverse combinaties optreden en er kunnen ook factoren zijn die de fantoompijn prikkelen of in stand houden. Hieronder worden enkele mogelijke oorzaken besproken. Sommige oorzaken liggen meer in de hersenen, anderen liggen meer in de stomp.

OORZAKEN VOOR FANTOOMPIJN VANUIT DE HERSENEN

Disfunctionele corticale reorganisatie
Ons lichaam voelen we met onze hersenen. In de hersenen bevindt zich een soort landkaart van ons lichaam. De hersenen hebben daar Homunculuseen taakverdeling gemaakt. Groepjes hersencellen hebben zich gespecialiseerd in het voelen of het bewegen van ons lichaam, ieder groepje voor een ander lichaamsdeel. Zo is er bijvoorbeeld een groepje cellen speciaal voor de grote teen. De illustratie hiernaast laat een dwarsdoorsnee van de hersenen zien van boven naar beneden. Je ziet de verdeling van de linker- en rechterhersenhelft. Van de top van het hoofd, langs de zijkanten naar beneden bevindt zich de landkaart van ons lichaam. Het hersengebied dat speciaal voor de voet werkt zit helemaal bovenin op de top van je hoofd. De hand kan je meer naar links en rechts boven in de hersenen zien.
Als bijvoorbeeld de linkerhand is geamputeerd blijft het stukje hersenen dat met de linkerhand in verbinding stond “werkeloos” achter. Hersencellen kunnen niet zo goed niets doen en dit hersengebied van de linkerhand begint zich te vervelen. Cellen die te weinig te doen hebben verlagen hun prikkeldrempel en worden daardoor meer gevoelig. Dit heet ook wel sensitisatie. Zo kunnen hersencellen gevoelig worden voor activiteit in hersengebieden die naast hen liggen. Ze gaan als het ware meedoen met de buren. Of ze gaan via andere routes zelf activiteit vertonen. En omdat ze zo gevoelig geworden zijn wordt deze activiteit door de hersenen als geheel vertaald als pijn in de fantoomhand. Dit verschijnsel noemen we ‘corticale reorganisatie’. Na amputatie lukt het de hersenen dus regelmatig niet zo goed om de verandering van het lichaam de taakverdeling in de hersenen bij te stellen. Dan kan je spreken van een disfunctionele corticale reorganisatie. Uit wetenschappelijk onderzoek komt naar voren dat er een zéér grote samenhang is tussen corticale reorganisatie en fantoompijn en het lijkt er op dat dit genoemd kan worden als oorzaak van fantoompijn. Of andersom gezegd: fantoompijn is het symptoom van een onhandige reorganisatie van de hersenen na de amputatie. Wanneer de reorganisatie van de hersenen wordt beïnvloed, vermindert de fantoompijn significant. Hersenonderzoeken laten zien dat als de fantoompijn weg is, dat ook de ‘foute’ corticale reorganisatie van de hersenen niet meer zichtbaar is (zie artikelen van Flor en Lotze).

Pijnherinnering
Onze hersenen slaan herinneringen op en in sommige gevallen ook herinneringen aan pijn die zich kunnen uiten als fantoompijn. Stel dat iemand langere tijd een zeer pijnlijke likdoorn aan de rechtervoet heeft gehad. Na amputatie van die voet is de likdoorn ook weg. Toch kan de oude pijn van de likdoorn nog op precies dezelfde manier gevoeld worden zoals voor de amputatie. Het lijkt net of de pijn van de likdoorn een soort “pijnecho” in de hersenen heeft achter gelaten die niet meer uit wil gaan. Andere voorbeelden van pijnherinneringen worden verteld door patiënten die nog een infuus voelen zitten dat voor de amputatie op de arm of been zat, of verband of gips dat pijnlijk drukte en precies voelt als het verband voor de amputatie, of de pijn zoals die was tijdens het ongeval waarna de amputatie volgde. In dergelijke gevallen kan men spreken van een “pijnherinnering” die zich voordoet als fantoompijn. We veronderstellen dat hier dezelfde geheugenprocessen een rol spelen die ook bij andere herinneringen spelen. (zie artikelen van Melzack, Sherman)

OORZAKEN VOOR FANTOOMPIJN VANUIT HET STOMPGEBIED

Slechte bloedsomloop in de stomp

Er zijn aanwijzingen dat bij problemen in de bloedsomloop van het stompgebied er een verhoogde kans bestaat op een brandend en tintelend aanvoelende fantoompijn. Wanneer de stomp kouder aanvoelt of bleker is, kan er sprake zijn van een verslechterde bloedsomloop. Er zijn diverse mogelijkheden om de bloedsomloop van het stompgebied te verbeteren en dit geeft dan vervolgens pijndaling. Zie ook bij behandeling (zie artikelen van Sherman, Hill) .

Spiertrekkingen in het stompgebied

Stekende, krampende fantoompijnen die er plotseling heftig zijn en dan weer wegtrekken kunnen heel goed samenhangen met kleine spiertrekkingen of spasmen in het stompgebied. De krampende pijnen kunnen af en toe tot vele tientallen malen per dag optreden. Meestal is de patiënt zich niet bewust dat er voorafgaand aan de pijnaanval een kleine spierverkramping optreedt. Binnen enkele microseconden is de fantoompijnsteek echter wèl duidelijk voelbaar. Anderen zijn zich wel bewust van de spierspasmen en kennen de onwillekeurige bewegingen die de stomp dan maakt, meestal gevolgd door een pijnaanval. De trekkingen van de stomp worden ook wel chorea van de stomp genoemd. Bij af en toe plotseling optredende krampende stekende pijnen is het dus aan te raden te zoeken naar manieren om de spieren in het stompgebied van de neiging tot spasme af te helpen. Dit kan op diverse manieren. Lees verder bij behandelmogelijkheden (en bekijk de artikelen van Sherman, Hill, Kern)

 

Neuroom

Een neuroom (ook: neurinoom) is een woekering van cellengroei aan het uiteinde van een doorgenomen (doorgesneden) zenuw in het stompgebied. De cellen van de zenuw in het neuroomgebied vertonen verhoogde activiteit en de zenuw vuurt daardoor steeds pijnsignalen naar de hersenen die gevoeld worden als pijn in het geamputeerde lichaamsdeel. Dat komt omdat het dan de zenuw betreft die vroeger doorliep in de geamputeerde arm of been. Men kan een neuroom herkennen als men een bijzonder gevoelig plekje op de stomp heeft. Wanneer men drukt op het plekje verergert dat de fantoompijn. Een neuroom kan chirurgisch verwijderd worden.